TLC-Centraal
ACTAAcademisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam
EBEconomie & Bedrijfskunde
FdGFaculteit der Geneeskunde
FdRFaculteit der Rechtsgeleerdheid
FGwFaculteit der Geesteswetenschappen
FMGFaculteit der Maatschapij- en Gedragswetenschappen
FNWIFaculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica
Ben jij docent met enige onderwijservaring en wil je jezelf verder professionaliseren? Dan biedt het BKO-programma deze mogelijkheid.
Ondanks dat de term ‘Basiskwalificatie Onderwijs’ het woord ‘basis’ bevat, is de BKO geen kwalificatie voor startende docenten in hun eerste onderwijsjaar. Daarvoor is de BKAW van TLC-FdR in het leven geroepen. In de BKO wordt er namelijk vanuit gegaan dat je bepaalde basisvaardigheden al beheerst en daarop kunt voortbouwen. De BKO is een officieel erkend landelijk certificeringstraject waarbij het traject iedere docent de kans biedt om aan de hand van de meest recente onderwijskundige theorieën, hun onderwijs vorm te geven. Dit gebeurt op het gebied van 5 competenties
Aan het einde van het traject stel je een portfolio samen om aan te tonen dat je voldoet aan de criteria voor BKO-certificering. De BKO-commissie beoordeelt je portfolio. Kandidaten die het traject met een voldoende afsluiten, ontvangen een BKO-diploma.
Alle docenten met een vaste aanstelling dienen in ieder geval in het tweede jaar van hun aanstelling hun BKO te behalen. Ook docenten 4 moeten in staat worden gesteld om de BKO te kunnen behalen.
80 uur (24 uur contacttijd, 28 uur voorbereidingstijd, 20 uur samenstellen portfolio, 8 uur lesobservaties/intakegesprek/portfolio-assessment
Je kunt twee keer per academisch jaar aan het BKO-programma beginnen (ieder semester heeft een startmoment en eenmaal per jaar is het programma engelstalig.De doorlooptijd van het programma is ongeveer 10 maanden.Intakegesprekken vinden doorgaans plaats in september of januari. De sessies van het BKO-programma starten in oktober of februari.
We trappen de bijeenkomst af met de uitgangspunten van de FdR-onderwijsvisie als fundament voor didactische keuzes en de rol van docent. Daarnaast maak je kennis met constructive alignment dat hét uitgangspunt is voor goed onderwijs. Je leert over het nut van beoogde leerresultaten en in dat licht behandelen we de taxonomie van Bloom. Vervolgens ga je aan de slag met het formuleren van leerresultaten voor een eigen cursus of je reviewt bestaande.
Na de bijeenkomst ben je in staat om:
De volgende stap is de inrichting van de toetsing passend bij de leerresultaten en conform het FdR-toetskader. Tijdens deze bijeenkomst staan we stil bij stap 1 en 2 van de toetscyclus: het toetsontwerp (welke toetsvorm is passend om de beheersing van de leerresultaten te meten?) en de toetsconstructie. In die stap is aandacht voor het opstellen van een toetsmatrijs en het beoordelingsinstrument zoals een rubric, en de kwaliteitseisen aan toetsing. Je gaat aan de slag met het opstellen van een toetsmatrijs voor een eigen cursus of reviewt een bestaande.
Na deze bijeenkomst ben je in staat om:
In deze bijeenkomst staat het ontwerpen van uitdagende onderwijsactiviteiten volgens de uitgangspunten van de FdR-onderwijsvisie centraal. Wat zijn factoren die actief en diep leren bevorderen? Je gaat aan de slag met het (her)ontwerp van een eigen les(senserie) afgestemd op de leerresultaten en de toetsing. In dat (her)ontwerp verwerk je de kennis en inzichten die je tijdens de bijeenkomst opdoet over:
Na de bijeenkomst ben je in staat om:
In deze bijeenkomst staat de uitvoering van het onderwijs aan groepen centraal. Aan de orde komen formatief handelen (technieken om het leren van studenten zichtbaar te maken), motiverend lesgeven, differentiëren, groepsdynamiek, en het creëren van een inclusieve leeromgeving. Je wordt gevraagd om van tevoren een vraagstuk aan te leveren uit je eigen onderwijsuitvoeringspraktijk. Op basis van deze bijeenkomst formuleer je een (aantal) voornemen(s) en/of actie(s) voor toekomstige colleges die ook onderwerp kunnen zijn in de lesobservatie die na deze bijeenkomst volgt.
Na de bijeenkomst ben je in staat om:
In deze bijeenkomst staat het feedbackproces centraal; de kracht van feed up – feedback – feed forward. Welke feedback zet aan tot leren? Tijdens de uitwisseling van de lesobservaties oefen je met toepassing van feedbackregels.
Na de bijeenkomst ben je in staat om:
In deze bijeenkomst gaat aandacht uit naar de rol van docent als begeleider van studenten. Verschillende begeleidings- en gesprekstechnieken komen aan de orde die de zelfregulatie van de student bevorderen. Daarnaast gaan we in gesprek over dilemma’s die bijvoorbeeld het spanningsveld raken tussen de rol van begeleider en beoordelaar.
Na de bijeenkomst ben je in staat om:
In deze bijeenkomst staat de competentie ’toetsen en beoordelen’ centraal. We behandelen belangrijke onderwerpen uit stap 3 t/m 7 van de toetscyclus: afnemen, nakijken en beoordelen, analyseren, rapporteren en evalueren.
Na de bijeenkomst ben je in staat om:
De laatste bijeenkomst staat in het teken van reflectie op je eigen ontwikkeling gedurende de afgelopen periode en voor de toekomst, na het behalen van je BKO. Je presenteert wat het BKO-traject je heeft gebracht en wat voor docent je wilt zijn; wat moet je (nog) verder ontwikkelen en wie of wat heb je daarvoor nodig? Daarnaast staat de sessie in het teken van het portfolio. Je kunt je laatste vragen stellen om tot een succesvolle afronding te komen.
Na de bijeenkomst ben je in staat om: