TLC-Centraal
ACTAAcademisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam
EBEconomie & Bedrijfskunde
FdGFaculteit der Geneeskunde
FdRFaculteit der Rechtsgeleerdheid
FGwFaculteit der Geesteswetenschappen
FMGFaculteit der Maatschapij- en Gedragswetenschappen
FNWIFaculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica
TLC-Centraal
ACTAAcademisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam
EBEconomie & Bedrijfskunde
FdGFaculteit der Geneeskunde
FdRFaculteit der Rechtsgeleerdheid
FGwFaculteit der Geesteswetenschappen
FMGFaculteit der Maatschapij- en Gedragswetenschappen
FNWIFaculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica
|
In het artikel Feedback om leren te stimuleren kon je lezen hoe je feedback kunt richten op het leren van studenten en hoe je dat effectief en efficiënt kunt doen. In dit artikel staat het feedbackproces centraal waarbij je studenten helpt om kennis, vaardigheden en attitude te ontwikkelen om feedback te ontvangen en verwerken. Het TLC FGw heeft op basis van recent onderzoek een proces voor het geven van feedback ontworpen.
|
![]() |
Voorbeelden helpen om de vaak abstracte beoordelingscriteria te concretiseren. Als je één ‘goed voorbeeld’ deelt zullen studenten geneigd zijn om hun opdracht vergelijkbaar te maken. Dit kan ook op andere manieren:
Voor studenten met weinig ervaring m.b.t. de opdracht:
1. Geef enkele (geanonimiseerde) voorbeelden waar sterke en minder sterke tussen zitten. Laat studenten deze rangschikken van sterk tot zwak. Laat studenten zelf succescriteria deduceren.
2. Geef enkele (geanonimiseerde) voorbeelden en vraag studenten de beoordelingscriteria hiernaast te leggen. In hoeverre voldoen de voorbeelden hieraan en waarom?
Voor studenten met meer ervaring m.b.t. de opdracht:
3. Vraag de studenten zelf een goed voorbeeld te zoeken en deze mee te nemen. Welke succescriteria hebben ze ‘gebruikt’ om dit voorbeeld te selecteren?
1. Collectieve feedback
Collectieve feedback is effectief én efficiënt; studenten maken vaak dezelfde fouten. Wel zijn studenten geneigd om te denken dat deze feedback niet van toepassing is op hun eigen werk. Geef daarom na de groepsfeedback altijd een opdracht ter reflectie, zoals:
2. Zelf-evaluatie
Vraag studenten om eerst zichzelf te beoordelen a.d.h.v. criteria voordat je dit als docent doet.
3. Peerreviewing/peerfeedback
Studenten kunnen elkaar ook feedback geven, in tweetallen, drietallen of andere samenstellingen. Dit kan tijd besparen, maar vergeet niet dat het goed instrueren van studenten ook tijd kost.
4. Individuele feedback
Natuurlijk kun je feedback ook 1-op-1 geven, de meest intensieve vorm van feedback.
Voor meer informatie welke vorm waar in het feedbackproces kan passen, zie het schema met uitleg van Toetsrevolutie.
Hoe stimuleer je dat de student meer verantwoordelijkheid neemt tijdens het feedbackproces?
![]() |
Als je hebt besloten welke momenten en vormen van feedback je inzet, is de volgende stap om heel duidelijk over deze opzet te communiceren.
Hattie en Timperley (2007) onderscheiden de volgende vier niveaus van feedback:
Volgens Hattie en Timperley is feedback het meest effectief wanneer deze is gericht op het juiste niveau. Idealiter is je feedback gericht op een combinatie van de eerste drie niveaus, waarbij onderzoek laat zien dat proces- en zelfregulatiefeedback het meest effectief zijn. Het laatste niveau, feedback op de persoon, is de minst effectieve vorm van feedback.
Het is belangrijk studenten gelegenheid en tijd te geven de feedback te verwerken. Het kan lastig en confronterend zijn om feedback te ontvangen. Erken dit en geef de studenten ruimte om hierop te reflecteren.
Stimuleer studenten om de ontvangen feedback eerst eens kritisch te analyseren op hoofdniveau. We hebben vaak de neiging om met de kleine punten te beginnen, wat veel minder effectief is. Start bij de:
Stimuleer de studenten om zowel de kritische als positieve opmerkingen te analyseren: het is ook belangrijk om te analyseren waarom bepaalde feedback juist positief is.

