TLC-Centraal
ACTAAcademisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam
EBEconomie & Bedrijfskunde
FdGFaculteit der Geneeskunde
FdRFaculteit der Rechtsgeleerdheid
FGwFaculteit der Geesteswetenschappen
FMGFaculteit der Maatschapij- en Gedragswetenschappen
FNWIFaculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica
TLC-Centraal
ACTAAcademisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam
EBEconomie & Bedrijfskunde
FdGFaculteit der Geneeskunde
FdRFaculteit der Rechtsgeleerdheid
FGwFaculteit der Geesteswetenschappen
FMGFaculteit der Maatschapij- en Gedragswetenschappen
FNWIFaculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica
Marc van Heerde is aangesteld als projectleider om een deel van het voorbereidend onderwijs in de master Geneeskunde te verbeteren. In september gaan de eerste aanpassingen in, maar wat is het doel van de verbeteringen en hoe pakt hij het aan?
Het doel van het voorbereidend onderwijs bij de master Geneeskunde UvA is drieledig. “Studenten moeten beslagen ten ijs komen bij de coschappen. Dat wil zeggen dat als ze het coschap Kindergeneeskunde ingaan dat ze een opfrissing krijgen van de meest voorkomende ziektebeelden en dat specifieke vaardigheden worden geoefend”, vertelt Marc. Het tweede doel van voorbereidend onderwijs is discipline overstijgende competenties bijbrengen. “Denk aan consultvoering. Dat zijn de punten waar we door het programma heen bij studenten graag een stijgende lijn zien qua ontwikkeling. Maar denk ook aan ‘Goede zorg’. ‘Hoe zorg ik als dokter goed voor mezelf?’ Dat je niet uit evenwicht raakt. Dat moet ook terugkomen in het onderwijs. We willen dokters afleveren die zichzelf kunnen blijven ontwikkelen.” Als derde doel bereidt een curriculum met voorbereidend onderwijs de studenten voor op de toekomst met leven lang leren.
“Tot zover de theorie. En nu de praktijk”, zegt Marc. “Het curriculum loopt nu bijna vier jaar, maar praktisch gezien komt een deel van het voorbereidend onderwijs nog niet goed uit de verf. In de terugkomdagen zitten soms nog te veel vaardigheden die studenten graag voor hun coschap hadden geoefend. Dat voelt voor studenten als mosterd na de maaltijd. Daarnaast missen studenten de urgentie en relevantie bij thematisch onderwijs. De thema’s worden te versnipperd en veelal los aangeboden met als gevolg dat er ook maar kort contacttijd is.”
In december vorig jaar is er een aftrap geweest van dit project. Een aantal studenten hebben toen heel overtuigend en onderbouwd kunnen vertellen waar de behoefte ligt. Marc: “De ingrediënten van het programma zijn goed maar de timing, de samenhang en de relevantie kunnen bij specifieke onderdelen beter. Wij zouden het klinisch onderwijs logischer willen combineren met een of meerdere thema’s. Door meer samenwerking en integratie wordt de contacttijd verhoogd en krijg je meer verdieping. Waarom doe ik dit nou? Wat heb ik hier morgen aan? En we willen het op zo’n manier in het rooster inpassen dat de student het ook nog leuk vindt om te komen.” Dat betekent contactonderwijs meer clusteren en meer vrijheid voor studenten om het onderwijs voor te bereiden. Dat studenten niet voor twee uur onderwijs naar de faculteit hoeven te komen.

Als projectleider wil Marc meer overzicht creëren. De grootste uitdaging is om verbinding tussen onderwijs te zien en dwarsverbanden te leggen. “Van elkaar weten we nog niet genoeg wat we doen. En soms doen we in dezelfde week dezelfde les. Studenten ervaren dat we veel dubbel doen. Daar moeten we naar kijken.”
Zijn nummer een prioriteit is dat studenten in het voorbereidend onderwijs handvatten krijgen om zich goed voor te bereiden op de coschappen. “De feedback vanuit de evaluaties, de Nationale Studenten Enquête en de vorige visitatie zijn vrij consistent. We hebben heel goed in kaart welke onderdelen goed lopen en behouden moeten blijven en wat verbetering behoeft. Deze veranderingen vragen echter van iedereen betrokken bij de master een aanpassend vermogen om dit doel te bewerkstelligen.”
Het team is gestart met aanpassingen bij het voorbereidend onderwijs op de coschappen oogheelkunde, neurologie en psychiatrie. “We zien dit als een pilot. Hier hebben we een logistiek probleem wat opgelost moet worden. In het huidige curriculum zijn er in het coschap oogheelkunde steeds twee overbezette weken en vervolgens een week zonder studenten. Door de voorbereidende onderwijsweken rondom deze coschappen te verschuiven is het mogelijk de studenten bij de oogheelkunde goed te spreiden over alle beschikbare weken. Dit levert de studenten een beter coschap op. De wijzigingen gaan in september in. Tegelijkertijd zijn we ook met heelkunde bezig om te kijken hoe we dit kunnen verbeteren.”
Op deze manier wordt telkens een nieuw vraagstuk opgepakt. Waarbij de veranderingen per nieuw semester ingaan. Er zijn collega’s die staan te trappelen om ook aanpassingen door te voeren, maar alles aanpassingen tegelijkertijd doorvoeren is volgens Marc niet wenselijk. “Het is mijn taak om hier een beter geheel van te maken, rekening houdend met het raamplan, onze onderwijskundige visie, het budget en de beschikbare tijd van iedereen. Lastig, maar wel een te leggen puzzel.”

