Mondelinge toetsing: praktijkvoorbeelden

toetscyclus
toetsing

Mondelinge toetsing werd in het verleden vaak gebruikt. In het hoger onderwijs is deze vorm van toetsing echter steeds minder populair geworden: zo trekt men de efficiëntie en betrouwbaarheid in twijfel. Toch biedt mondelinge toetsing veel mogelijkheden; je kunt de toets op afstand afnemen, je kunt makkelijker doorvragen, en het is een minder fraudegevoelige manier om kennis of taalvaardigheid te toetsen. Ben je benieuwd hoe je een mondelinge toets efficiënt kan inrichten? En hoe je inclusiviteit, betrouwbaarheid, validiteit en transparantie waarborgt? Het TLC FGw ging in gesprek met ervaringsdeskundigen en schreef een handleiding voor mondeling toetsen. In dit artikel lees je over de ervaringen van verschillende docenten met mondelinge toetsing.

Lees hier de handleiding voor mondelinge toetsing, geschreven door de toetsdeskundigen van FGw.

Op deze pagina:
Mondeling toetsen van taalvaardigheid
Mondeling toetsen van kennis- en argumentatievakken

Mondeling toetsen van taalvaardigheid

Taalverwerving toetsen op afstand levert uitdagingen op, vooral op het gebied van fraudegevoeligheid. Ben je benieuwd hoe je hier mondelinge toetsing voor kunt inzetten? Wij gingen in gesprek met verschillende ervaringsdeskundigen: Mona Hegazy (Arabisch), Alla Peeters (Russisch), Britta Bendieck (Duits) en Roswitha Dickens (Duits).

 

Taalvaardigheid Duits (niveau 1 en 4) – Britta Bendieck en Roswitha Dickens

Opzet Taalvaardigheid Duits 1 – Britta en Roswitha
Doel: toetsing basisgrammatica en woordenschat.

Dit tentamen bestond voor iedere student uit een vast aantal vragen mbt woordenschat en grammatica (zowel toepassings- als analysevragen). De vragen waren in categorieën opgedeeld, per categorie hadden Britta en Roswitha een groot aantal steeds verschillende maar wel vergelijkbare vragen in een bestand verzameld. Ieder tentamen bestond zo uit een unieke combinatie van vragen. Wanneer Britta en Roswitha een vraag gebruikten, noteerden ze de naam van de student en zijn/haar antwoord achter de vraag. In een separaat bestand werden score per vraag en cijfers bijgehouden.

Opzet Taalvaardigheid Duits 4 – Britta en Roswitha
Doel: zowel behandelde inhoudelijke thema’s als ook grammatica en woordenschat van het gehele taalvaardigheidsprogramma BA1 toetsen.

Britta en Roswitha stuurden een halfuur van tevoren een kort artikel ter voorbereiding op het mondeling examen naar de studenten. Dit artikel diende als vertrekpunt voor het mondeling tentamen. Tijdens het tentamen stelden Britta en Roswitha de studenten zowel grammaticale als ook inhoudelijke vragen over de tekst, zoals: wat is dit voor zinsconstructie? Waarom wordt hier een bepaald woord gebruikt? Maar ook: Wat wordt er hier over bv. de auteur/een literair werk/de historische context gezegd? Vervolgens werden de studenten uitgenodigd  Ook moesten de studenten zinnen mondeling vertalen om de woordenschat te toetsen. Roswitha en Britta waren beiden aanwezig bij het afnemen van de tentamens. Het mondeling duurde 20 minuten per student, hierna hadden de docenten 10 minuten om het mondeling na te bespreken.

Kwaliteitseisen
Britta en Roswitha zijn beiden aanwezig bij de tentamens, dit verhoogt de betrouwbaarheid van de toetsing. Tijdens het tentamen stelt telkens een van beide de vragen en maakt de ander notities. Zo wordt nauwgezet bijgehouden hoe het mondeling verliep. In de beoordeling wordt rekening gehouden met de verschillende moeilijkheidsgraden van vragen. Richting de studenten is vooraf duidelijk gecommuniceerd over de mondelingen: Roswitha en Britta houden de volgorde van thema’s die in de colleges worden behandeld aan en de studenten kunnen via Canvas Quizzes vragen maken ter voorbereiding.

Ervaringen
Bij een mondeling heb je volgens Roswitha en Britta de kans om studenten op hun gemak te stellen, veel meer dan bij een schriftelijk tentamen. Als ze merken dat een student worstelt, stellen ze een makkelijkere vraag om het zelfvertrouwen van de student terug te winnen en daarmee de spanning weg te halen. De ene student vindt het prettiger om vragen mondeling te beantwoorden terwijl de ander de voorkeur geeft aan het schrijven van antwoorden. Door ook mondeling naast schriftelijk te toetsen kom je als docent aan beide behoeften tegemoet. Hierom willen Roswitha en Britta ook na corona in ieder geval Taalvaardigheid 4 mondeling blijven toetsen.

Advies
Het is belangrijk om goed na te denken over de beoordeling en transparant te communiceren over je verwachtingen. Laat van tevoren zien waarop de cijfers worden gebaseerd en hoeveel ieder criterium meeweegt. Als dat heel duidelijk is geeft het zowel de student als de docent veel houvast.

 

Modern Standaard Arabisch – Mona Hegazy & Djûke Poppinga

Doel: leesvaardigheid, begrip en grammatica toetsen.

Opzet
Mona en Djûke toetsten de studenten in tweetallen. Het mondeling bestond uit drie onderdelen: lezen, beantwoorden van vragen en vertalen. De docenten hebben zelf korte tekstjes voor de mondelingen geschreven op basis van de behandelde grammatica en woordenschat. In het mondeling gaven zij de studenten een tekst die ze zelfstandig lazen. Hierna vroegen zij de studenten ieder 3 zinnen op te lezen met de juiste uitgangen. Dit moesten zij vertalen naar het Nederlands: waarom dit lidwoord en waarom deze uitgang? Tot slot vertaalden de studenten Nederlandse zinnen naar het Arabisch. Ieder tweetal kreeg een halfuur de tijd, hierna hadden de docenten 10 minuten om het cijfer te bepalen.

Kwaliteitseisen
Bij de mondelingen waren Mona en Djûke beide aanwezig. De cijfers werden achteraf online gedeeld.

Ervaringen
De cijfers kwamen overeen met de verwachtingen die Mona en Djûke hadden. Mona vindt mondelinge toetsing sterk, maar zeer intensief. In een mondeling staat de student echt centraal terwijl schriftelijke toetsing minder vrijheid geeft. Er wordt dan meer gedacht vanuit de docent. Zo konden Mona en Djûke studenten de ruimte geven in de mondelingen: we doen deze zin opnieuw, als je een black-out heb krijg je een tweede kans, etc. Mona denkt dat beide toetsvormen goed kunnen toetsen of de student de leerdoelen heeft behaald, zolang de goede vragen worden gesteld. Zo is Mona van mening dat schriftelijke tentamens (op locatie) dezelfde cijfers hadden opgeleverd.

 

Russisch – Alla Peeters

Doel: toetsen van luistervaardigheid, grammatica en tekstbegrip.

Opzet
In het mondeling van 30 minuten werd de eerste 10 minuten de leesvaardigheid en luistervaardigheid getoetst: de student leest een tekst voor die voorafgaand aan het mondeling (1 uur van tevoren) via Canvas beschikbaar werd gesteld als luistertekst. Deze werd vervolgens uitgeschreven en voorgelezen. In de daaropvolgende tien minuten kregen de studenten verschillende vragen over de tekst (vertaling, vormanalyse, verklaring van bepaalde constructies). In de laatste 10 minuten werden grammaticale vragen aan de studenten gesteld, deze vragen werden zichtbaar gemaakt door een scherm te delen.

Kwaliteitseisen
Alla nam de toetsen af en maakte hier opnames van, een andere docent beluisterde deze opnames nogmaals. Van tevoren hadden Alla en haar collega duidelijke beoordelingscriteria opgesteld waardoor de beoordelingen weinig van elkaar verschilden, slechts een of twee-tienden. Tot slot vindt ze het voor de betrouwbaarheid cruciaal dat de toetsen op één dag plaatsvinden.

Ervaringen
Alla vindt dat mondelinge toetsen naast kennistoetsen moeten worden aangeboden na corona. In schriftelijke tentamens ligt de nadruk op grammatica en tekstbegrip. In mondelingen kun je de luistervaardigheid, spreekvaardigheid en leesvaardigheid goed toetsen. Studenten kunnen laten zien hoe zij redeneren en nadenken. Wel vindt Alla deze toetsvorm zeer arbeidsintensief en vooral geschikt voor kleine groepen (max. 10 studenten).

Mondeling toetsen van kennis- en argumentatievakken

Kennis is goed te toetsen met meerkeuzevragen, maar is op afstand fraudegevoelig. Mondelinge toetsing kan hiervoor een oplossing bieden. Ook voor vakken waarin argumentatie en toepassing centraal staan biedt mondeling toetsing veel voordelen. Wij gingen in gesprek met Nicole Oei en Laurens de Vos over hun ervaringen met mondelinge toetsing.

 

Inleiding Theaterwetenschappen – Laurens de Vos

Doel: reproductie en toetsen van begrip.

Opzet
Laurens heeft voor dit tentamen 40 vragen op losse kaartjes geschreven, 7 of 8 per hoofdstuk. Iedere student trok twee kaartjes over twee verschillende hoofdstukken. Het mondeling duurde 15-20 minuten per student. In het mondeling werd getoetst of de studenten in staat waren vaktermen zoals enscenering, performativiteit en intermedialiteit te beschrijven. De cijfers werden via Canvas gedeeld nadat alle mondelingen hadden plaatsgevonden. Wel gaf Laurens aan het eind van het mondeling aan of de student een voldoende of onvoldoende zou hebben.

Een voorbeeldvraag: ‘Op welke manier past het denken van Erving Goffman binnen de notie van performativiteit?’.

Kwaliteitseisen
Voorafgaand het tentamen ontvingen de studenten verschillende voorbeeldvragen en een duidelijke instructie over de toetsprocedure. Laurens was als enige docent bij de afname aanwezig, wel werden er opnames gemaakt. Omdat iedere student een andere willekeurige selectie van vragen had, konden deze niet onderling worden doorgespeeld.

Ervaringen
Laurens vond het grootste voordeel dat het mogelijk was om de studenten door te kunnen vragen.

 

Sex, addiction, stress and obesity – Nicole Oei

Doel: toepassen, analyseren en creëren.

Opzet
Het mondeling duurde 20 minuten per student. Nicole startte met een korte instructie en uitleg over de procedure, hierna volgden enkele vragen over de leerdoelen. De beoordeling werd door Nicole tijdens het mondeling gedeeld met de studenten. Volgens Nicole voorkomt dit na afloop van de toets discussies over het cijfer.

Kwaliteitseisen
De studenten ontvingen voor het tentamen voorbeeldvragen, ook werd de toetsprocedure tijdens het college uitgelegd. Daarnaast heeft ze een rubric ontwikkeld op basis van de leerdoelen, zo was het voor de studenten inzichtelijk waar ze op werden beoordeeld.

Voor het tentamen heeft Nicole verschillende casusvragen ontwikkeld waarbij combinaties van doelgroep en thema mogelijk waren. De casusvraag luidde bijvoorbeeld: Due to the pandemic many (doelgroep (x)) are stressed, and worry about (thema (y)). Voor doelgroep (x) kon bijvoorbeeld worden gekozen voor: ouderen, gezondheidsmedewerkers, singles of jongeren. Bij thema (y) kon worden ingevuld: eenzaamheid, minder bewegen, ongezonde gewoontes of zorgen over de toekomst.

Vervolgens werden over deze samengestelde casus twee toepassingsvragen gesteld, namelijk:

  1. Wat zijn de consequenties van stress?
  2. Op basis van wat je tijdens de cursus geleerd hebt, welke preventiemiddelen of interventie zou je aanraden (en onderbouwen met theorie)? Welke interventies zouden minder goed werken en waarom (en onderbouwen met theorie)?

Ervaringen
Nicole was erg positief over het afnemen van mondelingen in plaats van schriftelijke tentamens: ze vindt het moeilijker om schriftelijke toetsen te beoordelen en daarbij zeer tijdrovend. Studenten schrijven gemakkelijk hele lappen tekst en er wordt vaak onduidelijk geschreven. Volgens Nicole is het belangrijk dat je de mondelinge toets niet laat meetellen voor een te groot percentage, daar ontstaat stress door. Daarbij heeft ze niet het idee dat mondelingen voor studenten stressvoller zijn, schriftelijke tentamens kunnen namelijk ook heel stressvol zijn. De studenten ervaarden de mondelingen ook zeer positief, ze voelden zich gezien door de docent en waren het eens met de cijfers die ze ontvingen. Zo schreef een van haar studenten: “I think that the forced oral exams as a result of the pandemic actually were beneficial in the way that you have to know the knowledge really well if you prepare to actually talk about it.”

Meer lezen over mondeling toetsen?