Leergang Onderwijskundig Leiderschap (LOL)

De leergang omvat:

• Intakegesprek;
• Leiderschapslab van 48 uur;
• Zeven 24 uur-sessies (themadagen)
• Studiereis (4 dagen in oktober)
• Coachgesprekken
• Een slotsymposium;
• Een terugkomdag.

De inhoud van de sessies zal deels worden bepaald door de deelnemers zelf; zij dragen onderwerpen aan en bereiden programmaonderdelen in samenwerking voor.

De thema’s die vanuit het programma worden aangedragen zijn:

Onderwijskundige thema’s

• Onderwijsinnovatie
• Nieuwe ontwikkelingen in het Hoger Onderwijs (o.a. bezoek aan het ministerie van OCW & UvN, studiereis naar een aantal vernieuwende projecten en instellingen)
• Kwaliteitszorg en accreditatie (inclusief bezoek aan de NVAO)
• Toetsing
• Motivatie
• International classroom
  (Aangevuld met thema’s aangedragen vanuit de groep)

Leiderschapsthema’s

• Strategieontwikkeling
• Cultuurverandering
• Financiën
• Omgaan met macht
  (Aangevuld met thema’s aangedragen vanuit de groep)

De beoogde uitkomsten zijn drieledig:

1. De deelnemers boeken aan het eind van de leergang substantiële progressie in hun persoonlijke ontwikkeling als onderwijskundig leider en in de versterking van het onderwijs en de onderwijscultuur in hun eigen faculteit. Zij hebben een onderwijskundige stevigheid verkregen als belangrijke bouwsteen voor de leiderschapsvaardigheden. Hiervoor formuleren zij een persoonlijke opdracht.
2. De deelnemers tonen hun onderwijskundig leiderschap aan in een concrete bijdrage aan de groepsbijdrage.
3. Voortzetting van netwerkvorming, zowel met de eigen groep als met het onderwijsnetwerk in de brede zin van het woord op de UvA.

Deelname is mogelijk op voordracht van de decaan van de faculteit.

• De decaan draagt een of meer kandidaat-deelnemers voor (TLC verzamelt de voordrachten).
• De kandidaat levert een onderwijs-cv, een motivatiebrief en de contouren van een onderwijsproject aan waaraan hij of zij gaat werken gedurende de LOL.
• De decaan treft voorzieningen die de kandidaat-deelnemer praktisch in staat zal stellen om volwaardig deel te nemen aan het programma.
• Met de voorgedragen kandidaten wordt door de begeleiders van de leergang contact opgenomen voor een intakegesprek.
• Met elke kandidaat-deelnemer wordt een individueel intakegesprek gevoerd om na te gaan in hoeverre de verwachtingen van de kandidaat aansluiten bij de doelstellingen van het programma, of de kandidaat voldoende tijd heeft om het programma te volbrengen en of de kandidaat aan de voorwaarden voldoet.
• Het programmabestuur Onderwijskundig Leiderschap (POL) beslist over de toelating aan de hand van het advies van de LOL-opleiders.
• De kandidaat-deelnemer en de decaan/contactpersoon in kwestie worden geïnformeerd over de beslissing van het programmabestuur Onderwijskundig Leiderschap.

Na het volgen van de leergang kan je als deelnemers inhoud en vormgeven aan verschillende aspecten van onderwijskundig leiderschap. Dat betekent dat je:

• Adequate analyses kan maken van onderwijs-kundige vraagstukken op strategisch niveau;
• Analyses van onderwijskundige vraagstukken op strategisch niveau kan vertalen naar tactisch niveau, door praktische benaderingen en oplossingen voor actuele onderwijsvraagstukken te (doen) ontwerpen en (doen) implementeren;
• Ontwikkeling van onderwijs en docentschap kan stimuleren, organiseren, ondersteunen en realiseren;
• Een omgeving kan (helpen) scheppen waarin zowel studenten als docenten floreren, onder andere door het stimuleren van persoonlijk leiderschap, samenwerking en teamontwikkeling; Kunnen reflecteren op hun eigen perspectief en op het eigen functioneren als onderwijskundig leider;
• Constructief kan communiceren over visies, perspectieven, overwegingen en besluiten, met alle betrokkenen bij het onderwijs (afdelingshoofden, College van Bestuur, decanen, docenten, onderwijsondersteuners, studenten, alumni, schoolleiders uit het voortgezet onderwijs).
• Leiding kan geven aan kwaliteitszorg.

De Basis Kwalificatie Onderwijs (BKO), Senior Kwalificatie Onderwijs (SKO) en de Leergang Onderwijskundig Leiderschap (LOL) zijn respectievelijk gericht op cursusniveau, curriculumniveau en opleidingsoverstijgend-niveau. 

BKO
De Basiskwalificatie Onderwijs vormt een eerste ijkpunt voor alle docenten. De docent op dit niveau beschikt over kennis en vaardigheid in het ontwerpen van onderwijs en de uitvoering van onderwijs aan studenten, houdt zich structureel en verantwoord met onderwijs bezig en kan studenten individueel en in groepen begeleiden, instrueren, toetsen en beoordelen.

Bekijk BKO

SKO
De SKO toont onderwijskundige kwaliteiten op curriculumniveau. De SKO-er heeft voldoende onderwijskundige kennis en ervaring ontwikkeld om kwalitatief goede implementatie van veranderingen binnen de opleiding te waarborgen. De SKO is bedoeld voor medewerkers die op curriculumniveau een sleutelpositie innemen van waaruit zij de onderwijskwaliteit waarborgen en/of deze op innovatieve wijze verbeteren. Het is dus geen automatisme dat BKO-gecertificeerde docenten doorgroeien naar SKO-docent. Doorgroeien naar SKO-niveau is afhankelijk van de taken en rollen die de docent op zich neemt. 

Bekijk SKO

LOL
Daaropvolgend is de Leergang Onderwijskundig Leiderschap (LOL) bedoeld voor medewerkers die verkeren in de positie om invloed uit te oefenen op facultair niveau. Dat betekent dat zij verantwoordelijkheid dragen voor een opleiding of een groter geheel binnen een faculteit. Concreet gaat het om opleidingsdirecteuren, onderwijs-portefeuillehouders, afdelingshoofden of om docenten die naar zo’n positie kunnen toegroeien. De leergang bouwt voort op de Senior Kwalificatie Onderwijs (SKO). Deze kwalificatie of aantoonbaar functioneren op SKO-niveau vormt dan ook een van de toelatingsvoorwaarden voor het traject.