TLC-Centraal
ACTAAcademisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam
EBEconomie & Bedrijfskunde
FdGFaculteit der Geneeskunde
FdRFaculteit der Rechtsgeleerdheid
FGwFaculteit der Geesteswetenschappen
FMGFaculteit der Maatschapij- en Gedragswetenschappen
FNWIFaculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica
Nadat het onderwijs vrij werd gesteld van de corona-gerelateerde beperkingen bestond de verwachting dat de studenten stonden te springen om terug te keren naar de campus. Dat blijkt helaas tegen te vallen: het aantal fysieke studenten op locatie is opvallend veel lager dan voor de pandemie. Daarbij lijkt een aandeel studenten minder gemotiveerd te zijn. Hoe komt dit en wat kunnen we hier binnen de universiteit aan doen? In dit artikel proberen we antwoord te geven op deze vragen.
Waarom blijven studenten vaker thuis?
Tips voor vollere collegezalen
Geef elkaar de tijd
Voor deze pagina hebben we onder andere dit artikel geraadpleegd: Hoe krijg je studenten weer gemotiveerd naar de campus? Daarnaast is de input van een discussie over dit onderwerp binnen CLC (Cognition, Language and Communication) en van een gesprek met Sara Pas (studentlid Raad CoH) gebruikt.
Studenten ervaren de afgelopen twee jaar ‘minder betekenisvol contact over hun studietaken, maar ook minder persoonlijk contact met medestudenten en docenten’1,2. Nu het onderwijs weer op locatie plaatsvindt voelen studenten minder binding met de universiteit: zowel sociaal als met de academische gemeenschap. Meer lezen over het belang van sociale en academische integratie voor het succes van studenten?
Studenten zijn het niet meer gewend om enkele keren per week naar de campus te komen. Hierdoor kunnen ze het als een grotere opgave ervaren om een college in de zaal bij te wonen. Tijdens de pandemie hebben studenten en hogere mate van flexibiliteit ervaren met betrekking tot hun studierooster. Hierdoor hebben studenten mogelijk hun (bij)baan een meer prominente plek gegeven ten opzichte van voor de pandemie.
Daarbij geven sommige docenten aan dat studenten in het huidige fysieke onderwijs een minder actieve houding hebben dan voorheen. Dit punt werd aangestipt tijdens de discussie binnen CLC: de jongerejaars-studenten hebben door het online onderwijs in de corona-periode geen actieve en academische houding ‘aangeleerd’. Studenten hebben weinig kunnen oefenen met actief discussiëren in een onderwijsruimte.
Docenten hebben verschillende opvattingen ten aanzien van (het opnemen van) colleges. Voor de coronapandemie kwamen de ideeën met betrekking tot hybride onderwijs of de opnames van colleges (grotendeels) overeen: binnen sommige opleidingen werd er binnen het team voor gekozen om colleges altijd wel óf niet op te nemen. Dit zorgde voor veel duidelijkheid richting de studenten. Voor het opnemen van colleges werden specifieke zalen met extra faciliteiten aangevraagd. Nu staat er in iedere ruimte een webcam waardoor sommige docenten sneller geneigd zijn om bijeenkomsten (ad hoc) synchroon hybride te organiseren.
Het is goed om voor ogen te houden dat ook de verwachtingen en wensen van studenten onderling uiteen lopen. Aankomende derdejaars hebben de afgelopen twee jaar veel last gehad van de pandemie, maar veel aankomende eerstejaars hebben de afgelopen jaren veel minder thuisonderwijs hebben hoeven volgen omdat zij veelal van de beperkingen werden uitgezonderd. Zij zijn dus minder gewend aan het volgen van online onderwijs en zullen waarschijnlijk andere verwachtingen dan de huidige tweede- en derdejaarsstudenten hebben.
Studenten blijven momenteel door het kamertekort en de dreiging van een nieuwe golf besmettingen vaak langer thuis wonen waardoor de reis naar de universiteit soms veel tijd in beslag kan nemen. Studenten maken dan een afweging: hoeveel meerwaarde heeft het om naar de universiteit te reizen om het college op locatie te kunnen volgen?
Hoorcolleges bieden meer dan enkel kennisoverdracht. Volgens enkele docenten binnen FGw zijn goede hoorcolleges interactief en is juist die interactiviteit online lastig te realiseren. Daarnaast biedt het bijwonen van colleges studenten de mogelijkheid om contact te leggen met hun medestudenten, vragen te stellen en zich onderdeel van een groep te voelen. Studenten zijn zich door de coronapandemie niet altijd bewust van de meerwaarde van het volgen van hoorcolleges op locatie. Bespreek dit met de studenten en zorg ervoor dat jouw hoorcollege ook echt deze meerwaarde biedt. Bekijk dit overzicht met interactieve werkvormen die je ook tijdens hoorcolleges kunt inzetten, of bekijk eens Wooclap.
Door bij het ontwerpen van je onderwijs stil te staan bij onderstaande vragen, kun je ervoor zorgen dat jouw colleges op locatie de moeite waard zijn.
Door activiteiten te organiseren waarbij studenten de kans krijgen om elkaar én de universiteit te leren kennen combineer je de sociale en academische integratie.
Voorbeelden van het combineren van sociale en academische integratie zijn bijvoorbeeld:
De komst naar de universiteit kan voor studenten van groter belang worden als de tijd voor, na of tussen colleges ook zinvol worden ingevuld. Relevante activiteiten die rondom de colleges georganiseerd kunnen worden zijn:
Sara Pas voegt hieraan toe dat het belangrijk is dat studenten en docenten elkaar ook informeel beter leren kennen. Daarom raadt ze opleidingen aan om juist activiteiten voor studenten én docenten te organiseren. Dit zal volgens Sara bijdragen aan de binding en zo de opkomst van studenten naar de campus verhogen.
Voor studenten is het belangrijk te weten wat er van ze wordt verwacht. Om een goede werkhouding en actief studeergedrag door de gehele opleiding heen te stimuleren, komen deze verwachtingen bij zoveel mogelijk vakken overeen. Om dit te realiseren is het van belang om met je collega’s te bespreken wat jullie verwachtingen ten aanzien van de aanwezigheid van studenten is en hoe jullie dit communiceren. De volgende vragen zijn daarbij van belang.
Tot slot is het van belang om geduld te hebben, wat Sara Pas benadrukt. De afgelopen twee jaar hebben studenten en docenten te maken gekregen met veel verschillende beperkingen. Hierdoor moeten studenten en docenten weer wennen aan het campusonderwijs. Het enige verschil is dat veel docenten zich het ‘oude’ normaal nog goed herinneren, terwijl de huidige tweede- en derdejaars studenten dit nooit hebben ervaren. Het kan daarom nog wel even duren voordat deze studenten het campusonderwijs ook als ‘normaal’ ervaren.
Wil je meer mogelijkheden of inspiratie opdoen om jouw onderwijs vorm te geven? Neem dan contact op via tlc-fgw@uva.nl.