Teacher story: Nicolette de Keizer

“Een CMIO/CNIO is in staat techniek en de rol van data, informatie en kennis met de praktijk te verbinden en daarmee invulling te geven aan de digitalisering in zorgorganisaties. De CMIO/CNIO vervult een brugfunctie tussen ICT en gebruikers. De kennis en vaardigheden die je daarvoor nodig hebt leer je in de opleiding Health Informatics. De gehele master is online en bedoeld voor artsen, verpleegkundigen, verloskundigen, fysiotherapeuten en andere paramedici in de zorg maar ook voor kwaliteitsfunctionarissen, informatie en business analysten die zich verder willen ontwikkelen op dit vlak. Voor docenten is het bijzonder inspirerend om met deze groep te werken, de studenten hebben stuk voor stuk ruime praktijkervaring. Dat de eindopdrachten van de tien modules altijd gekoppeld zijn aan die dagelijkse praktijk motiveert de studenten dan ook zeker om er het beste uithalen.”

On track
“In de opleidingen Geneeskunde en andere zorgopleidingen zitten weinig uren over ICT in de zorg. Gelukkig worden tegenwoordig zorgprofessionals betrokken bij zorgICT projecten maar zij hebben over het algemeen weinig bagage op dit gebied meegekregen vanuit hun opleiding. Een jaar of zeven geleden ontstond het idee dat hier apart onderwijs voor moest komen. Na een enquête samen met de KNMG bleek de behoefte te bestaan. We hebben de hele opleiding binnen onze afdeling Klinische Informatiekunde ontwikkeld. Eigenlijk waren we onze tijd ver vooruit, alle tien modules volgen studenten online zodat het goed te combineren is met werk en privé. Bij het maken van het onderwijs hebben we daar uiteraard goed over nagedacht. Wil je de verbinding tussen studenten laten ontstaan dan is het noodzakelijk om elkaar te kennen. We starten de modules ook altijd online met elkaar op hetzelfde moment.  Gezichten zien en achtergronden horen geeft het gevoel dat je onderdeel uitmaakt van een groep. Vervolgens kan iedereen zelf indelen wanneer hij of zij de stof, bestaande uit onder andere literatuur, kennisclips, filmpjes en quizzen, tot zich neemt. We houden de studenten daarbij on track door individuele en groepsopdrachten met deadlines.”

Garbage
“Een goed voorbeeld van suboptimale ICT in de zorg dat iedereen herkent is de hoge administratieve last door meervoudige gegevensvastlegging. Hoe frustrerend is het om steeds weer dezelfde gegevens te moeten geven of te vragen terwijl dat ook anders kan. In de opleiding hebben we het daarbij over; hoe richten we systemen in en scheppen we voorwaarden waarbij je eenmalig je gegevens registreert, die voor meer doeleinden gebruikt kunnen worden. Als we binnen de zorg gegevens kunnen hergebruiken voor bijvoorbeeld onderzoek of kwaliteitsregistratie scheelt dat enorm veel werk. Maar let wel, garbage in is garbage out. In de module ‘eenmalige registratie, meermalig gebruik’ leer je nadenken over het inzetten van juiste informatie en uitwisselingsstandaarden, maar ook maatregelen voor het bevorderen van de datakwaliteit én de socio-technische aspecten zoals een goed gebruikersinterface en het belang van training en beleid in de zorgorganisatie. Met als uiteindelijk doel; verlichting van administratieve lasten en betere data. Kwalitatief goede data zijn randvoorwaardelijk voor het  data gedreven werken wat ook een speerpunt is in het Amsterdam UMC. Modules als ‘health data science’, ‘strategisch informatie management’ en ‘beslissingsondersteunende systemen’ spelen hier weer op in. ”

Onmisbaar
“De opleiding Health Informatics is onbekostigd en moeten studenten dus zelf betalen. Voor bijvoorbeeld verpleegkundigen kan dat moeilijk haalbaar zijn. Mijn beste verkoopargument naar organisaties voor deze opleiding is dat je een dure consultant uitspaart als je je eigen personeel de kans geeft deze kennis op te doen en direct in te zetten voor de eigen organisatie. Personeel een dergelijke opleiding aanbieden draagt bij aan personeelsbehoud, een leven lang leren en bovendien houd je de kennis binnen je eigen organisatie. En wist je dat medewerkers van Amsterdam UMC 25-50% korting krijgen op het inschrijfgeld? We hebben gemiddeld tien tot vijftien studenten in een groep. Ik streef naar ongeveer vijfentwintig. Sommigen doen niet de hele opleiding, maar volgen een paar modules, dat is ook een prima optie.”

“Sommige organisaties of professionals kiezen bijvoorbeeld voor een korte masterclass over dit onderwerp en denken daarmee over voldoende kennis te beschikken. Er is absoluut meer voor nodig, in Health Informatics leer je academisch denken over de rol van data, informatie en kennis om de zorg veiliger, effectiever en efficiënter te maken aan de hand van bewezen theorieën en raamwerken.”

Persoonlijk
“Wat ik iedere docent betrokken bij online onderwijs kan aanraden is een cursus over online teaching. Ons heeft dat echt geholpen. Een simpele maar doeltreffende tip die we kregen; noem namen in je feedback en houd de feedback zo persoonlijk mogelijk. Dat waarderen studenten en het verbindt je met de student. Wij doen ook altijd een online aftrap, om het onboarden tot een succes te maken. Studenten hebben vaak jaren niet echt gestudeerd en vinden het best spannend. Gedachten als ‘kan ik het nog  en wat kan ik verwachten’ maken het nog belangrijker om zo persoonlijk mogelijk te communiceren.”

Boeiend
Nicolette noemt zichzelf een echte AMC’er.  Ze deed de allereerste opleiding Medische Informatiekunde.  Na haar studietijd vertoefde ze slechts vier maanden van haar werkzame leven niet in loondienst van het AMC. “Ik wilde ooit geneeskunde doen, maar werd uitgeloot, met de studie Medische Informatiekunde als gevolg, wat enorm goed beviel. Na het promoveren kreeg ik de rol van coördinator en docent en groeide door naar afdelingshoofd. Nu geef ik af en toe nog een paar colleges binnen MI, want de rest van mijn onderwijstijd besteed ik aan mijn onderwijs- en managementtaken bij de post-initiële master Health Informatics. En wat mij niet lukte, kreeg mijn dochter wel voor elkaar, zij studeert geneeskunde. Ik heb haar nog proberen warm te maken voor de technologische wereld, want wat is het een enorm boeiend vakgebied! Daar komt ze vast nog wel achter als ze aan het werk is.”