Good practice – Podcast grondslagen tot het recht

“In het vak maken we al gebruik van kennisclips, omdat we naast de inhoudelijk filosofische ideeën van het vak ook de grondslagen van het recht en de indeling van verschillende rechtsregels over willen brengen. Dat is moeilijk te vatten in hoor- en werkcolleges alleen, dus daarnaast wilden we ook een aantal kennisclips aanbieden om uitleg te geven over kernbegrippen van het recht. Die kennisclips werden soms een beetje als droge kennisoverdracht ervaren. Op een gegeven moment kwam Nanda, de coördinator van het vak, met het idee om in plaats van een kennisclip een podcast op te nemen. Er moest namenlijk nog een kennisclip worden opgenomen over het onderwerp ‘gang naar de rechter’.Dit onderwerp heeft als doel om studenten kennis te laten maken met welke manieren je met een rechter te maken kan krijgen, wat voor soorten rechtspraak er bestaat en wat de rol van een rechter en van procespartijen zijn. Daar moest nog een kennisclip over worden gemaakt, maar dat zou dan weer neerkomen op droge kennisoverdracht. We zochten naar een manier om deze informatie (die wel belangrijk is) op een meer interactievere manier over te kunnen dragen, zoals een gespreksvorm. Dat kan uitstekend door middel van een podcast. Toen besloot ik dus contact op te nemen met Wytze Schaap om mee te doen aan de podcast.”

“Het is in principe verplichte stof, maar het behandelt niet andere onderwerpen dan in de literatuur zijn voorgeschreven. We hebben geprobeerd om droge stof iets tastbaarder te maken met behulp van voorbeelden. Daarom hebben we gekozen voor een actuele zaak in Nederland waarin veel lesstof naar voren kwam: de zaak van Thijs Römer. Daar is veel aandacht voor in de media en het is actueel. In de podcast proberen we alle thema’s die bij een rechtenstudie hoort in te bedden in de casus van Römer. Zo wordt er bijvoorbeeld antwoord gegeven op welke rechter bevoegd is, waarom die bevoegd is en hoe de rechter met deze zaak om is gegaan, maar bijvoorbeeld ook wat de rol is van het Openbaar Ministerie.”

“Het wordt hopelijk voor studenten begrijpelijker doordat ze zich een beter beeld kunnen vormen bij de theorie die ze al tot zich hebben genomen. Op die manier verwacht ik ook dat studenten het beter zullen onthouden doordat het minder abstract wordt, maar ook beter in een een context kunnen plaatsen. Een podcast is een toegankelijke manier om te leren. Je kan het overal beluisteren en je wordt niet direct aangesproken, wat het dus toegankelijker maakt. Het is een geschikt format en een innovatie manier om te leren.”

Hoe hebben jullie de opname het ervaren?

“Het was een enorm prettige ervaring. Het ICTOteam heeft alles goed gefaciliteerd. Het fijne is dat je als docent wordt ontlast van alle technische zaken die komen kijken bij het opnemen van een podcast.”

Zou je met de kennis van nu dingen anders hebben gedaan?

“Dat denk ik niet. Aanvankelijk wilden we de podcast iets informeler doen, maar je moet toch heel scherp zijn op het gebruik van juridische begrippen en je kan daarin niet volledig vrij het gesprek aangaan met het risico zaken te vergeten of niet helemaal juist te formuleren wat verwarring schept.”

“Ten eerste is het denk ik goed om na te blijven denken hoe een podcast goed past binnen het gehele ontwerp van het vak en wat precies het doel is. Kijkend naar onze podcast, dan is het bijvoorbeeld het beste als studenten eerst de voorgeschreven literatuur lezen en vervolgens naar de podcast luisteren. Uiteindelijk zou het dan ook nog mooi zijn als studenten een bijpassende opdracht maken waarin zowel de literatuur als de podcast terugkomen. Daarnaast is mijn advies om goed na te denken over wanneer een podcast het beste medium is. Misschien is de lesstof helemaal niet zo geschikt. In de toekomst lijkt het me ook interessant om in een podcast meer normatieve vragen te behandelen en hierin over in discussie te gaan. Daarmee creëer je ook ruimte voor invulling vanuit alle sprekers.”