Goede leerdoelen formuleren

Leerdoelen

Leerdoelen definiëren welke kennis, vaardigheden en attitudes studenten aan het einde van een leeractiviteit moeten hebben verworven. Ze zijn essentieel in het onderwijsproces. Ze  communiceren de verwachtingen van de docent en helpen studenten hun inspanningen te sturen en hun eigen voortgang te bewaken. Voor de docent zijn ze een hulpmiddel om cursusinhoud te organiseren en beslissingen te nemen over de meest geschikte onderwijs- en toetsingsmethoden.

Het gebruik van leerdoelen past binnen het onderwijskundig ontwerpprincipe constructive alignment (Biggs & Tang, 2011). Volgens dit empirisch onderbouwde concept stem je de leerdoelen, leeractiviteiten en toetsing op elkaar af.

Criteria

Effectieve leerdoelen voldoen aan vier cruciale criteria:

  1. ze zijn studentgericht: ze specificeren wat studenten moeten kunnen,
  2. ze ontleden taken in afzonderlijke cognitieve processen, waardoor complexe vaardigheden opgesplitst worden in oefenbare onderdelen,
  3. ze benutten actiewerkwoorden om tastbare acties en gedragingen uit te drukken,
  4. ze zijn meetbaar of waarneembaar. Daardoor kunnen docenten beoordelen of studenten een doelstelling hebben bereikt.

Als je leerdoelen aan deze criteria voldoen, kun je eenvoudig afleiden hoe je ze kunt toetsen. Het al dan niet behalen van de leerdoelen wordt daarmee zichtbaar.

 

Hoe formuleer je leerdoelen?

  1. Analyseer de cursusinhoud: maak een lijst van de belangrijkste concepten, thema’s en vaardigheden die je in de cursus wilt behandelen.
  2. Vorm je een beeld van je studenten: Zijn ze beginners of hebben ze al wat voorkennis? Dit beïnvloedt de complexiteit van je leerdoelen.
  3. Gebruik een actiewerkwoord: Maak gebruik van de formule ‘Na afloop van deze cursus, kan de student…’ en gebruik actiewerkwoorden gelinkt aan een van de cognitieve niveaus van de Taxonomie van Bloom om de zin af te maken.
  4. Laat je leerdoelen beoordelen door een collega. Dit kan helpen eventuele onduidelijkheden of hiaten te identificeren.
  5. Integreer je leerdoelen in je cursus: communiceer je leerdoelen in je syllabus en zorg dat ze in lijn zijn met je leeractiviteiten en toetsing.
  6. Evalueer: beoordeel, na je cursus, of de leerdoelen zijn bereikt en gebruik deze evaluatie om toekomstige cursussen te verbeteren.
Voorbeelden van goed geformuleerd leerdoelen:

Na afloop van deze cursus, kan de student:

  • de belangrijkste politieke ontwikkelingen van de Egyptische beschaving identificeren en beschrijven.
  • deze ontwikkelingen analyseren en interpreteren in hun historische context, gebruikmakend van primaire en secundaire bronnen.
  • hun analyse schriftelijk presenteren in een goed gestructureerd en academisch verantwoord essay.
Checklist voor leerdoelen

 

Het leerdoel richt zich op:
leeruitkomsten, niet op leeractiviteiten of -processen  V / X
kennis, vaardigheden of attitudes  V / X
Het leerdoel bevat:
werkwoorden die waarneembare taken omschrijven  V / X
Het leerdoel is:
meetbaar/waarneembaar  V / X
toetsbaar  V / X

Verdieping

Cursusinhoud of leerdoelen?

Het is belangrijk om leerdoelen niet te verwarren met cursusinhoud of leeractiviteiten. Bijvoorbeeld, een tekst als “In het vak Oude Beschavingen II behandelen we de politieke geschiedenis van de Egyptische beschaving” beschrijft cursusinhoud, terwijl “In dit vak schrijven studenten een essay over…” een leeractiviteit beschrijft, wat eerder als een taakomschrijving fungeert. Deze voorbeelden richten zich op de activiteiten tijdens de cursus, maar niet op de uitkomst van het leerproces. Een effectief leerdoel daarentegen concentreert zich op de kennis of vaardigheden die studenten aan het einde van de cursus moeten hebben verworven.

Actiewerkwoorden

Actiewerkwoorden richten zich op tastbare taken, zoals beschrijven, ontwerpen, opnoemen, enzovoort. Ambigue termen als ‘begrijpen,’ ‘inzien’ of ‘vertrouwd raken met’ zijn niet geschikt als actiewerkwoorden in leerdoelen omdat ze geen concrete acties of gedragingen aangeven die je kunt meten of toetsen. Ze kunnen echter wel beoordeeld worden via een waarneembare taak, zoals ‘uitleggen’ of ‘vergelijken’.

Taxonomie van Bloom

Het opstellen van leerdoelen wordt vergemakkelijkt door de ‘Taxonomie van Bloom’ (Anderson & Krathwohl, 2001). Deze classificeert het cognitieve domein in zes niveaus, variërend van simpelweg het onthouden van feiten tot het genereren van nieuwe kennis. Elk niveau kan worden gecombineerd met passende actiewerkwoorden.

Een goed voorbeeld vind je hier of hier. Meer uitgebreide versies van de taxonomie van Bloom bevatten ook het ‘affectieve domein’, dat waarden en attitudes omvat.

Kennis en inzicht?

De termen ‘kennis van’ en ‘inzicht in’ worden vaak in leerdoelen gebruikt. Niet alleen zijn dit geen actiewerkwoorden, maar ze worden ook vaak met elkaar verward of als onderling uitwisselbaar beschouwd. Toch vertegenwoordigen ze twee verschillende niveaus van leren. ‘Kennis van’ betreft het vergaren van feitelijke informatie, bijvoorbeeld: ‘Het Italiaans Neorealisme begon in 1944’. Deze informatie kan worden gereproduceerd zoals geleerd. ‘Inzicht in’, daarentegen, houdt een dieper begrip van kennis in. Het veronderstelt het leggen van verbanden, interpreteren van feiten en in eigen woorden beschrijven van kennis. Bijvoorbeeld: ‘verklaar waarom er geen duidelijk einddatum voor het Italiaans Neorealisme te geven is’. Dit verschil is cruciaal; terwijl ‘kennis van’ reproductie vereist, vraagt ‘inzicht in’ om toepassing en interpretatie, wat een andere aanpak in lesgeven en toetsing impliceert.

Voorbeelden

X Na afloop van dit vak, heeft de student kennis van het Italiaanse Neorealisme.
V Na afloop van dit vak, kan de student de kenmerken van het Italiaanse Neorealisme benoemen.

X Na afloop van dit vak, heeft de student inzicht in het Italiaanse Neorealisme.
V Na afloop van dit vak, kan de student een standpunt innemen over verschillende historiografische posities m.b.t. het Italiaanse Neorealisme.

Attitude-leerdoelen

Naast kennis en vaardigheden spelen attitudes en waarden ook een rol in het onderwijsproces. Denk bijvoorbeeld aan ‘samenwerking’ en ‘ethisch besef’. Zulke leerdoelen kunnen eveneens voldoen aan de criteria voor effectieve leerdoelen:

  1. Ze zijn studentgericht geschreven. Bijvoorbeeld: “Na afloop van deze cursus kan de student reflecteren op het belang van ethisch handelen in de beroepspraktijk.”
  2. Ze ontleden taken in afzonderlijke processen, zoals empathie tonen of ethische dilemma’s analyseren.
  3. Ze gebruiken actiewerkwoorden om de attitude uit te drukken, zoals ‘waarderen’ en ‘respecteren’.
  4. Ze zijn meetbaar of waarneembaar.

Hoewel het meten van attitudes complexer kan zijn, is het vaak toch mogelijk—soms indirect—via gedrag, discussie of reflectie-opdrachten.

Voorbeeld

X Na afloop van dit vak, waardeert de student het belang van duurzaamheid.
V Na afloop van dit vak, kan de student argumenten voor duurzaam handelen in een professionele context articuleren en toepassen.

Bronnen

Anderson, L.W. & Krathwohl, D.R., eds. (2001). A Taxonomy for Teaching, Learning, and Assessing: A Revision of Bloom’s Taxonomy of Educational Objectives. Longman.

Biggs, J. & Tang, C. (2011). Teaching for Quality Learning at University (4th ed). McGraw Hill.

 

Heb je behoefte aan meer tips of ondersteuning bij het opstellen van leerdoelen? Neem dan contact op met de TLC FGw Toetsdeskundigen.

Wil je met je team een workshop volgen om binnen vakken leerdoelen goed af te stemmen? Neem dan contact op via tlc-fgw@uva.nl